Een jaar geleden zou ik dit boek nog helemaal genegeerd hebben. Historische roman? Lees ik niet graag. Meer dan 500 pagina’s? Wablieft?! Geen denken aan dat ik hierin begin. Wat er op een jaar tijd allemaal kan gebeuren, want ik ben gezwicht voor deze bestsellerreeks. Wat vond ik van het eerste boek uit deze trilogie? Dat lees je hier.

De vrouwen van de Leeuwenhof #1: Agneta’s erfenis
Corina Bomann | vertaling Lilian Caris
2020 | Boekerij | 572 pagina’s
Korte inhoud
Het is 1913 en Agneta heeft afstand genomen van haar machtige familie om een vrij leven te leiden als student aan de kunstacademie in Stockholm – met de charmante Michael aan haar zijde. Dan ontvangt ze een telegram waardoor haar leven op zijn kop wordt gezet: ze wordt gesommeerd terug te keren naar landgoed De Leeuwenhof om daar de stoeterij van haar familie te gaan beheren. Daarmee worden haar een adellijke titel en een leven vol luxe op een presenteerblaadje aangeboden, maar was dat niet juist het leven waaraan ze wilde ontsnappen? Kiest Agneta ervoor de familietraditie in stand te houden en haar adellijke plichten op zich te nemen, of overwint haar verlangen naar vrijheid en echte liefde? (achterflap)
Over de auteur
Corina Bomann (1974) is auteur van meerdere succesvolle romans, waaronder Het vlindereiland, dat haar grote doorbraak betekende, De jasmijnzussen en Het klaprozenjaar. Agneta’s erfenis is het eerste deel van een trilogie. Bomann woont in een klein dorpje op het Duitse platteland, waar ze in alle rust kan schrijven. (achterflap)
Mijn mening
Zweden, 1913. Gravin Agneta Lejongard (dit is Zweeds voor Leeuwenhof) studeert aan de kunstacademie van Stockholm, is een echte suffragette en zet zich af tegen de plichten van een adellijke familie. Haar broer Hendrik is tenslotte de erfgename van het landgoed. Totdat ze een telegram van haar moeder krijgt. Ze wordt verzocht meteen naar huis te keren om het beheer van de Leeuwenhof op zich te nemen. Verbouwereerd neemt Agneta de taak op zich, vastbesloten om het landgoed als vrouw recht te houden. Dit leidt tot heftige ruzies met haar moeder Stella, tot geheimen die boven water komen, tot gebroken harten, … De eerste jaren als bazin van het landgoed is hels, vooral omdat Agneta een heel andere toekomst voor zich zag. Maar misschien hoort ze toch gewoon thuis op het landgoed…
Een boek van 572 pagina’s. Een jaar geleden zou ik er mijn neus voor opgehaald hebben. Een veel te dik boek. Toch ben ik gezwicht en vol goede moed begonnen. Ik heb er twee weken over gedaan om het boek uit te lezen. In het midden had ik even moeite om door te lezen, maar die laatste 200 pagina’s vlogen er door. Dit was ook het deel waarin er heel wat nieuws te rapen viel. Waar was beheerder Max? Wat was er aan de hand met Agneta? En hoe zat dat met ijskonijn annex moeder Stella? Je wilde gewoon weten hoe het verder ging.
De schrijfstijl van Corina Bomann is fijn en vermakelijk. Niet te adellijk gelikt en formeel, maar in een modern schrijfjasje gestoken. Ze hield ook rekening met de tijd. De opkomst van de telefoon, de automobiel, … De Eerste Wereldoorlog kwam ook aan bod, maar bleef op de achtergrond. Zweden was neutraal, dus deed niet mee.
De vergelijking met Het weesmeisje van Anne Jacobs is er natuurlijk ook: 1913, adellijke familie, landgoed, … Maar toch zijn het twee aparte verhalen. Het gevoel vind ik ook anders. Agneta’s erfenis is in de ik-vorm geschreven, in het perspectief van Agneta zelf. Het weesmeisje is in derde persoon geschreven, waardoor het afstandelijker blijft. Oh ja, één scène kwam ook voor in beide boeken. Een bediende die plotseling flauwviel. Vul zelf maar verder aan. 😉
Ik heb genoten van dit boek. Het is een mooi verhaal. De hoofdpersoon van deel 2, Mathilda’s geheim, heeft al een heel klein rolletje in dit boek. Wie Mathilda is, laat ik aan jou over om te ontdekken, want dit boek is zeker het lezen waard. Zelfs met die 572 pagina’s… 😉